Op een dag vroeg een leraar haar klas om absoluut in een zin te gebruiken.
Dus Janet stak haar hand op en zei: “de lucht is absoluut blauw”
De leraar zei nee, “dat is het niet, soms is het zwart of heeft het andere kleuren.”
Een andere kleine jongen stak zijn hand op en zei:
“de bladeren aan de bomen zijn absoluut groen”
De leraar zei nee, “ze kunnen op verschillende tijdstippen van het jaar verschillende kleuren hebben.”
Kleine Johnny stak zijn hand op en vroeg of er klontjes in de scheten zaten, de leraar zei “nee, ik geloof het niet”.
En Kleine Johnny zei: “Nou, dan zit ik gewoon in mijn broek!”