Een oud vrouwtje ging naar de supermarkt en deed het duurste kattenvoer in haar mandje.
Vervolgens ging ze naar de kassa waar ze tegen het kassameisje zei:
“Alles dan het beste voor mijn kleine kitten.”
Het meisje bij de kassa zei:
‘Het spijt me, maar we kunnen je geen kattenvoer verkopen zonder bewijs dat je een kat hebt. Veel oude mensen kopen kattenvoer om te eten, en de directie wil bewijs dat je kattenvoer voor je kat koopt.”
Het oude dametje ging naar huis, pakte haar kat op en bracht hem terug naar de winkel. Ze verkochten haar kattenvoer.
De volgende dag ging de oude dame naar de winkel en kocht twaalf van de duurste hondenkoekjes.
De caissière eiste dit keer bewijs dat ze nu een hond had en beweerde dat oude mensen soms hondenvoer eten.
Gefrustreerd ging ze naar huis, kwam terug en bracht haar hond binnen. Ze kreeg toen de hondenkoekjes.
De volgende dag bracht ze een doos met een gat in het deksel.
Het oude dametje vroeg de kassierster om haar vinger in het gat te steken.
De kassier zei: “Nee, misschien zit er een slang in.”
Het oude dametje verzekerde haar dat er niets in de doos zat dat haar zou bijten.
Dus de kassamedewerker stak haar vinger in het doosje, trok het eruit en zei tegen het oude dametje: “Dat ruikt naar onzin.”
De kleine oude dame grijnsde van oor tot oor,
“Nu, mijn liefste, kan ik alsjeblieft drie rollen toiletpapier kopen?”
Nooit gek rond met een kleine oude dame!